Het vertrek van een energieke, resultaatgerichte voorzitter met oog voor mens en innovatie

Na vier jaar draagt prof. dr. ir. Koos van der Hoeven de hamer van het Oncomid-voorzitterschap over. Hij heeft het oncologisch netwerk op zorgvuldige wijze op de kaart weten te zetten. We vroegen naar de momenten die hem het meest zijn bijgebleven van zijn periode als voorzitter, maar ook naar de uitdagingen die hij onderweg tegenkwam en hoe hij naar de toekomst kijkt.

Vier jaar geleden werd Koos van der Hoeven gevraagd of hij de rol van onafhankelijk voorzitter van het oncologisch netwerk van midden-Nederland Oncomid wilde vervullen. Zonder enige twijfel was zijn antwoord ‘ja’. “Deze rol paste mij als een jas”, aldus Koos. Hij vervolgt: “Als internist-oncoloog werkte ik achtereenvolgens in een klein algemeen ziekenhuis in Amstelveen, in een groot topklinisch ziekenhuis in Alkmaar en daarna in twee universitaire ziekenhuizen. In het LUMC en het Radboudumc was ik hoogleraar en afdelingshoofd. Ik ben voorzitter geweest van de Nederlandse Vereniging voor Medische Oncologie, SONCOS en van een adviesgroep van KWF Kankerbestrijding die de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport adviseerde over de toelating van nieuwe dure geneesmiddelen tegen kanker. Ik had dus ook veel te maken met de organisatie van de oncologische zorg. De ervaring die ik daaruit meenam, zou ik goed kunnen gebruiken als voorzitter van een regionaal kankernetwerk.”

‘Samenwerking is cruciaal voor optimale patiëntenzorg’

In 1986 startte Koos zijn loopbaan als internist-oncoloog. Door de jaren heen heeft hij een hoop zien veranderen: “in de jaren ‘80 kon je als medisch specialist in je eentje nog patiënten met veel verschillende ziektebeelden behandelen. Door verdergaande specialisatie konden de uitkomsten van de behandeling verbeterd worden. Dat was goed voor patiënten. Maar daarvoor moest je als dokter ook sommige dingen loslaten. Het belang van samenwerken nam daardoor toe. Als je immers allemaal een stukje van de patiëntenzorg op je neemt, is optimale afstemming cruciaal om de beste patiëntenzorg te kunnen bieden.”

De meerwaarde van Oncomid als oncologisch netwerk zit hem volgens Koos vooral in uitgangspunt dat het niet moet uitmaken waar een patiënt met (vermoeden op) kanker binnen het netwerk start. Hij moet altijd verzekerd zijn van de best mogelijke zorg. “De afgelopen jaren hebben we binnen Oncomid een aantal belangrijke stappen gezet om deze belofte naar de patiënt waar te kunnen maken. Zo hebben we diagnostiek en zorgpaden in alle ziekenhuizen zo veel mogelijk op elkaar afgestemd, nemen we de behoeften van de patiënt vanuit de klankbordgroep zorgvuldig mee en proberen we continue kennis en ervaringen met elkaar uit te wisselen. Dit laatste doen we onder meer in regionale MDO’s, waar op regelmatige basis individuele patiënten worden besproken door een multidisciplinair team. De belangrijkste vraag die patiënten en hun familie vaak hebben is of ze voor een optimale behandeling van hun ziekte wel op de juiste plaats zijn. Oncomid doet er alles aan om dit te garanderen.”

‘Trots’

Het systeem dat de regionale MDO’s technisch heel goed kan ondersteunen is Vitaly. “Éen van de dingen waar ik erg trots op ben, is dat we dankzij de succesvolle implementatie van dit digitale platform op een snelle en effectieve manier gegevens met elkaar kunnen delen. Jarenlang is er door een groot team keihard aan gewerkt om dit voor elkaar te krijgen. Heel mooi dat een aantal regionale tumorwerkgroepen inmiddels werkt met dit systeem.

Naast de Vitaly-implementatie heb ik ook veel waardering voor de wijze waarop het RAKU (Regionaal Academisch Kankercentrum Utrecht) samenwerkt en nog steeds een voorbeeld vormt voor de andere regionale tumorwerkgroepen binnen Oncomid. RAKU bestaat uit de twee Oncomid expertteams Slokdarm | Maag | GIST en Lever | Alvleesklier | Galweg | Galblaas en werkte al samen voor de oprichting van Oncomid. Nergens in Nederland heb ik de multidisciplinaire samenwerking zo goed uitgevoerd gezien als binnen het RAKU.

Ook vind ik de rol die de huisarts heeft binnen Oncomid enorm waardevol. De huisarts speelt een essentiële rol binnen het oncologisch (behandel)traject van de patiënt. Wij proberen de onmisbare visie van de huisarts mee te nemen in zoveel mogelijk beslissingen. Terecht dus dat de huisartsen ook officieel deelnemer zijn van Oncomid en vertegenwoordigd zijn in de managementboard.”

‘Mooie fundering om op voort te bouwen’

“Kortom: de afgelopen jaren is er een mooie fundering gelegd voor een solide netwerk. Oncomid is hierbij stevig op de kaart gezet. De komende periode moeten er belangrijke beslissingen genomen worden over verdere centralisatie van een aantal oncologische behandelingen. Het Integraal Zorg Akkoord heeft voor meerdere interventies volumenormen opgesteld die hoger zijn dan de huidige. Sommige ziekenhuizen binnen Oncomid zullen hiervoor zorg moeten afstaan, andere moeten dit op zich nemen. Ik hoop dat de fase van het maken van deze keuzes echter niet te lang duurt, omdat ik merk dat onzekerheid kan leiden tot onrust. Ik gun het netwerk een rustiger vaarwater en ik weet zeker dat dit ook in het verschiet ligt op het moment dat er knopen zijn doorgehakt.”

Het wel of niet doorhakken van knopen en de soms, in de ogen van Koos, enigszins stroperige weg ernaartoe, bleek voor hem soms ook een persoonlijke uitdaging: “Het voorzitterschap is soms een oefening van geduld. Ik had geen beslissingsbevoegdheid en moest daardoor met praten, luisteren en verbinden dingen voor elkaar zien te krijgen. Soms vereiste dit een lange adem. Ook al weet je dat geduld doorgaans beloond wordt, het kan verleidelijk zijn om op de troepen vooruit te lopen. De kunst is om ze vervolgens niet uit het oog te verliezen.‘

‘Elk ziekenhuis binnen Oncomid heeft zijn eigen trots en kleur. Dat vind ik mooi.’

“Wat mij tot slot persoonlijk heeft geraakt is dat elke partij binnen Oncomid zijn eigen trots en kleur heeft. Dat vind ik echt heel mooi om te zien en ik ben van mening dat dit ook behouden moet blijven. Daarnaast is de tomeloze intrinsieke motivatie van de zorgprofessionals om de oncologische zorg voor de patiënt te verbeteren, iets wat ik echt bewonder.

Ik wens prof. dr. Miriam Koopman als nieuwe voorzitter veel succes de komende jaren. Oncomid is een mooi regionaal kankernetwerk, de afstanden tussen de deelnemende ziekenhuizen zijn gelukkig niet al te groot. Er is veel innovatie en bereidheid tot samenwerken. Er is een fantastisch team dat mij ondersteuning gaf. Dat is een mooie basis voor succes en ik hoop dat vooral de patiënten met kanker hier de komende jaren van zullen profiteren. ”

Koos zit nog niet stil. Als lid van de raad van toezicht van DICA is hij het komende halfjaar gedelegeerd naar de raad van bestuur van deze stichting. Hij biedt daar ondersteuning bij de snelle groei van DICA en bij het fusieproces met het IKNL. “Ook dat is weer een belangrijke en interessante uitdaging.”